
Gaat al 45 jaar mee in de oude doos

Groet,
Peter
danny den buitelaar schreef:overigens moet ik ook zeggen dat al mijn vissen op de fotos 10 pond zwaarder lijken door mijn lange slungelarmen en dat ik de elleboog rust op knie houding aannneem ,en ja ik druk ze dus automatisch,vind het ook niet altijd mooi,maar liever dat dan een vis die amper te zien is op de foto,dus weten jullie gelijk dat ik een fotograafprutser ben en een knollentrekker,is dat ook weer uit de wereld...
Belangrijkste is allereerst om de vis scherp en goed belicht op de foto te krijgen
WPJ Barnas schreef:Jo,
Iedereen moet zelf weten wat hij doet en hoe ver hij gaat, maar als je je niet wilt verdiepen in de werking van een belichtingsmeter o.i.d., dan moet je ook genoegen nemen met het resultaat zoals dat is.
Je kunt ook heel veel geld uit gaan geven omdat je hoopt dat een veel duurdere camera het volautomatisch veel beter doet, maar daar zul je teleurgesteld in zijn als je zelf niet na wilt denken (wat mag). Die knopjes zitten er niet voor de sier op...
Het begint allemaal bij wat de belichtingsmeter ziet, met welk voorbeeld (dat kunnen tienduizenden ingeprogrammeerde beelden zijn) in zijn geheugen hij deze vergelijkt en welke instellingen hij dus kiest om de beoogde opname te maken. Doodeenvoudig.
Diafragma, sluitertijd, witbalans, ISO-waarde etc. zijn daar slechts een simpel gevolg van.
Er zit verschil in intelligentie/precisie tussen camera's; hoe zuiver ze meten, hoe goed en waarmee ze een beoogde opname kunnen vergelijken met een voorbeeld in hun geheugen en hoe goed de gekozen instellingen daadwerkelijk passen bij het beoogde beeld.
Mijn Nikon D70S met superglas ervoor is op de automaatstand een dom ding, maar omdat ik weet hoe dat domme ding kijkt, ziet, meet, vergelijkt, kiest en werkt, kan ik 'm in de zeik nemen en toch goeie beelden maken. Je moet dan wel weten wat je doet en niet een beetje maar heel goed. Hier wordt basiskennis essentieel. Die camera is een klik-klak-kastje met een metertje en een paar dingetjes, meer niet. Creatief is hij ook niet en fantasie ontbreekt, je moet het dus zelf weten.
Vooral het inzicht in de interactie tussen de functies van zaken als bijvoorbeeld diafragma, sluitertijd en ISO-waarde, is belangrijk. Als je één ding verandert, verandert namelijk alles. Begin dus bij het begin, bepaal wat het belangrijkste is voor de beoogde opname en werk van daaruit verder. Dit kan een piepklein diafragma voor heel veel scherptediepte zijn, of een hele lange sluitertijd om een beweging te accentueren, of precies de juiste witbalans omdat je een zo natuurgetrouw mogelijk beeld wilt van wat je ziet. Het is maar net wat je wilt. Je kunt echter wel weten wat je wilt, maar als je vervolgens niet weet hoe je dat moet maken, dan zul je dat moeten leren en dat kan gewoon, ook zonder duur middagje fotocursus bij een crack. Dat hele internet staat vol.
Spiegelreflexen (van compactcamera's heb ik geen verstand) hebben een belichtingsmeter die je op verschillende manieren kunt gebruiken. Je kunt hem over het gehele beeld laten werken (matrixmeting; hierbij wordt alles in het beeld meegenomen in de berekening voor de uiteindelijke instellingen), je kunt slechts een deel van het beeld meten (centrumgerichte meting; hierbij werkt slechts een centraal deel van de belichtingsmeter waarbij je het actieve deel kunt richten op het onderwerp dat goed belicht moet zijn), maar je kunt ook een piepklein deel van het beeld meten om daar je belichting op te baseren (spotmeting; slechts enkele procenten van de belichtingsmeter werken en zo kun je dus de belichting baseren op slechts een piepklein deel van het beeld).
Voorbeeld: Stel nu dat je een man met vis fotografeert. De man met vis is bruin met groen (dit ziet de belichtingsmeter als een grijstint; in dit geval donkergrijs), de achtergrond is heel licht, een wolkenlucht bijvoorbeeld (dit ziet de belichtingsmeter als heel licht grijs). Heel veel contrast dus. Om beide grijstinten goed te belichten, zijn twee verschillende instellingen nodig. Het gaat ons echter om die man met vis. Je gaat de belichting dus aanpassen aan/baseren op de man met vis. Je kunt met de centrumgerichte meting het licht meten van de man met vis, hier nog wat gewenste instellingen bij kiezen, deze handmatig instellen, de compositie maken zoals gewenst en afdrukken. Nu heb je een opname die gemaakt is met instellingen welke gekozen zijn op basis van dat ene deel; de man met vis. Inflitsen kan ook en een andere achtergrond kiezen is eveneens een optie. Vraag is echter of je dat wilt en kunt. Niet elke camera is trouwens even goed in dat inflitsen. Om het een beetje netjes te doen, moet je dus weer zelf aan de slag.
Ook kun je de matrixmeting gebruiken, een proefopname maken, kijken hoe goed je hoofdonderwerp is belicht en vervolgens bepalen of je langer of korter moet gaan belichten (met de sluitertijd) om dat hoofdonderwerp wél goed te belichten. Een beetje trial & error dus. Na verloop van tijd weet je steeds beter wat een belichtingsmeter gaat zien en kiezen en kun je van daaruit lekker eigenwijs doen (wat in dit geval vaak veel beter is).
En daarom liepen al die fotografen met zo'n losse belichtingsmeter; om dat ene deel (een gezicht van een model bijvoorbeeld) te meten en daarop hun instellingen te baseren. Vertrouw niet teveel op die fraai vormgegeven cameraatjes, ze lijken zo mooi compleet en geavanceerd, maar ze zijn gewoon oliedom, al zit er wel verschil in domheid. Een Nikon D2X van (destijds) €4500,- is een beetje doortrapter dan dat plastic kastje van mij (dat nieuw een kwart van zijn grote broer kostte). Of je nou die eerste kiest of die tweede, leer die belichtingsmeter in je camera kennen als je er wat mee wilt. Het zal wel moeten, want meer heb je niet. Die knopjes doen namelijk niks uit zichzelf.
Een zeer incomplete en zeer ongenuanceerde posting, helemaal mee eens. Over sommige dingen kun je gaan discussiëren (100% zeker weten), maar ik weet niet of dat zin heeft. Zie dit maar als een voorzichtig begin en zoek als het je interesseert, je eigen weg.
Het is in feite een simpel samenspel van een aantal factoren (en dat zijn er geen honderd en ook geen vijftig) waarin je een balans moet vinden om tot een gewenst resultaat te komen, net als met stekkeuze of aaskeuze of weet ik veel.
Wat goed of mooi is bepaalt iedereen voor zichzelf en of je beelden naderhand nog bewerkt is dus ook een persoonlijke keuze, vind ik. Het is maar net hoezeer je ergens tevreden mee bent en je kunt het zo gek maken als je zelf wilt.
Groet,
Willem
WPJ Barnas schreef:Laat niet teveel over aan dat apparaat, maar zorg dat je controle hebt en houdt over alles wat er gebeurt. Als je eenmaal weet hoe het werkt, is het allemaal vrij eenvoudig en ga je veel minder snel de mist in. Net als met fietsen... Eenmaal geleerd, leer je het niet meer af.