09-06-2016 12:49
Het is gewoon moeilijk om zo op papier te zeggen wat wel en niet verantwoord is. Ervaring is eigenlijk alles hier, een voldoende ervaren visser kan vissen op kleinere ruimtes dan een onervaren visser én een ervaren visser kan ook besluiten het niet te proberen als het niet verantwoord is. Weet je het zelf niet zeker dan heb je dus niet zo veel ervaring met dit soort visserij dus zou ik in elk geval aanraden om extra voorzichtig te doen. Het is altijd nog beter om ze gewoon met rust te laten dan om ze te verspelen en verminken.
Ik kan wel een aantal punten opnoemen waar ik zelf rekening mee hou. Ten eerste is penvissen, of in elk geval stalken waarbij je zelf aanslaat veel geschikter dan statisch vissen. De reden is heel simpel, bij statisch vissen heeft de vis de vlucht al ingezet op het moment dat jij een indicatie krijgt, je kans om de vis te overrompelen is verkeken. Als je zelf aanslaat en direct druk door zet, dus de vis niet op gang laat komen, lukt dat soms wel en dan wordt drillen op kleine ruimtes opeens een stuk makkelijker dan wanneer die vis al hard probeert lijn van die dicht staande slip te rossen.
Voor mij is dit voor het overgrote deel een zomervisserij en de reden daardoor is heel simpel: twijfel niet om een nat pak te halen wanneer nodig! Een vis blokken, kantelen en snel scheppen is veel makkelijker wanneer je pakweg tot je middel in het water staat dan wanneer je een halve meter boven het water staat.
Het formaat van de vis hoeft niet per sé een dealbreaker te zijn, vaak zijn wat grotere, iets tragere vissen makkelijker op deze manier te landen dan 15 ponds torpedo's die razendsnel dat eerste schot inzetten en daar al hun kracht in gooien.
Als het op drillen aan komt: laat zo veel mogelijk de hengel het werk doen en zorg dat de slip strak staat. Het is niet zo dat de vis letterlijk geen centimeter mag krijgen, soms kan enkele decimeters toegeven effectiever zijn dan alleen maar heel hard sleuren. Als de vis aanzet steek je direct de hengeltop onder water, het liefst zelfs onder de vis, zodat hij zo snel mogelijk kantelt en geen snelheid kan maken. De rest van de tijd zet je druk naar boven, met het plan om zo snel mogelijk het net er onder te schuiven.
Planten zijn vergevingsgezinder dan takken, tussen plantenbedden durf ik heel ver te gaan (midden in plantenbedden met niet eens open water in de buurt is vaak best mogelijk). Bij takken, palen en ander puin wil ik toch echt een stukje open water hebben, hoe groot is moeilijk exact te zeggen, maar bij twijfel of het kan kies ik liever de voorzichtige optie. Palen kunnen net zo lastig zijn als takken, maar als je een vis die er achter langs zwemt kan volgen is er veel meer mogelijk. Let bij takken goed op, soms hangen takkenbossen vooral van bovenaf in het water en is er onder wel ruimte (nat pak halen). Soms is het tegendeel waar, ik heb ooit op een water gevist waar men langs één oever talloze boompjes heeft afgezaagd en haakt op de oever heeft laten afzinken. Dat zorgt dus echt voor een onmogelijke situatie. Zelfs als je er naar toe vist weet je niet precies waar de ellende eindigt, er tussenin was gewoon nergens ruimte. In dat geval kan je het maar beter gewoon niet proberen.
Voeren en proberen ze er uit te lokken is ook altijd nog een optie. Vergeet ook niet dat van een afstandje naar een takkenberg toe vissen echt een ander spelletje is dan er midden tussenin.