> Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der staten-Generaal
Binnenhof 4
2513 AA ’s-GRAVENHAGE
Datum 1 november 2012
Betreft Antwoorden op kamervragen
Geachte Voorzitter,
Hierbij bied ik u, mede namens de minister van Veiligheid en Justitie, de antwoorden aan op
de schriftelijke vragen gesteld door de leden Van Gerven en Kooiman over handhaving van
de Visserijwet 1963.
1,3 en 5
Bent u zich bewust van de verwarring die er onder politieagenten en groene BOA’s bestaat
over de vraag of opsporingambtenaren nu wel of niet kunnen controleren op de naleving van
de bepalingen bij of krachtens de Visserijwet 1963?
Bent u van mening dat de politie niet aangewezen is als toezichthouder ingevolge de
Visserijwet dus derhalve ook geen controlebevoegdheden heeft op grond van de Algemene
wet bestuursrecht? Of bent u van mening dat controle wel kan plaatsvinden op grond van
artikel 55 van de Visserijwet?
Acht u een wettelijk gedekte controlerende bevoegdheid voor de politie en groene BOA’s
betreffende visstroperij noodzakelijk? Zo ja, wilt u het Besluit Aanwijzing Toezichthouders
Visserijwet 1963 wijzigen om te bewerkstelligen dat politiebeambten en groene BOA’s ook
worden aangewezen als toezichthouders voor de Visserijwet? Zo nee, waarom niet en welke
maatregel wilt u dan nemen?
Antwoord
Ik heb kennis genomen van het door de vragenstellers genoemde artikel in Dier en Milieu
(Dier & Milieu 2012/3). Om eventuele onduidelijkheid over bevoegdheid van
opsporingsambtenaren en de aan hen toegekende bevoegdheden voor controle op de
naleving van de Visserijwet 1963 weg te nemen ga ik in het navolgende uitgebreid op deze
onderwerpen in.
Artikel 141 en 142 van het Wetboek van strafvordering regelen wie bevoegd is tot het
opsporen van strafbare feiten. Artikel 141 regelt dat dit in ieder geval zijn de officieren van
justitie, de ambtenaren van politie, aangewezen ambtenaren van de marechaussee en
opsporingsambtenaren van bijzondere opsporingsdiensten, die derhalve ook bevoegd zijn tot
opsporing van overtredingen van de Visserijwet 1963. De bevoegdheid van bijzonder
opsporingsambtenaren (BOA’s) is geregeld in artikel 142 van het Wetboek van strafvordering.
Het gaat om verschillende categorieën BOA’s, te weten:
· personen, aan wie door de minister van Veiligheid en Justitie of door het College van
procureurs-generaal een akte van opsporingbevoegheid is verleend, of die behoren
tot door die minister aangewezen categorieën of eenheden (eerste lid, onderdelen a
en b);
· de personen die bij bijzondere wetten met de opsporing van de daarin bedoelde
strafbare feiten worden belast (eerste lid, onderdeel c).
Opsporing van overtredingen van de Visserijwet 1963 vindt plaats door BOA’s die bevoegd
zijn tot opsporing van de strafbare feiten in Domein I, “openbare ruimte” als bedoeld in de
Circulaire bijzonder opsporingsambtenaar. Het gaat in dit geval om BOA’s die zijn
aangewezen op grond van artikel 142, eerste lid, onderdeel a en b, van het Wetboek van
strafvordering. Artikel 142, eerste lid, onderdeel c, biedt de mogelijkheid bij bijzondere wet
BOA´s aan te wijzen. Dat geschiedt bij artikel 59 van de Visserijwet 1963. Het gaat om de
ambtenaren van de rijksbelastingdienst, bevoegd inzake douane en de door de minister van
Economische Zaken, Landbouw en Innovatie aangewezen ambtenaren. Van deze laatste
aanwijzingsbevoegdheid is geen gebruik gemaakt.
De in het voorgaande genoemde opsporingsambtenaren beschikken over de
opsporingsbevoegdheden uit het Wetboek van strafvordering. Voor wat opsporing betreft van
strafbare feiten, bedoeld in de Wet op de economische delicten, komen daar, na
inwerkingtreding van de wet van 28 juni 2012 tot wijziging van de Visserijwet 1963 in verband
met de bestrijding van visstroperij en het vervallen van de akte, alsmede enkele andere
wijzigingen van deze en enige andere wetten (Stb 2012, nr. 346), de in de Wet op de
economische delicten genoemde opsporingsmiddelen bij. En specifiek voor controle op
documenten, die op grond van de Visserijwet 1963 zijn vereist, bevat artikel 55 van de wet
een toonplicht.
Uit artikel 55 van de Visserijwet volgt namelijk dat opsporingsambtenaren bescheiden mogen
vorderen voor zover dat voor de uitoefening van hun taak nodig is. Met de term
opsporingsambtenaren worden in dit geval alle opsporingsambtenaren bedoeld. Dat blijkt
bijvoorbeeld uit de nota naar aanleiding van het verslag bij het wetsvoorstel tot wijziging van
de Visserijwet in verband met de bestrijding van visstroperij en het vervallen van de akte
(Kamerstukken II 2010/11, 32 574, nr. 6, p. 3), dat onlangs door de Eerste Kamer is
aangenomen. In het bijzonder kan worden gewezen op de nota van wijziging (Kamerstukken II
2010/11, 32 574, nr. 7), waarmee de zinsnede “opsporingambtenaren, als bedoeld in artikel
59” (van de Visserijwet 1963) is gewijzigd in “opsporingsambtenaren”, teneinde buitengewone
opsporingsambtenaren hier tevens onder te scharen.
Gezien de aard van de te vorderen bescheiden en de omstandigheden waarin ten tijde van
totstandkoming van het artikel behoefte heeft bestaan aan inzage in die bescheiden, mag
worden aangenomen dat beoogd is met artikel 55 van de Visserijwet 1963
opsporingsambtenaren een brede bevoegdheid te geven om naleving van de wet te
controleren en overtredingen op te sporen. Een opsporingsambtenaar, regulier of
buitengewoon, kan een visser – bijvoorbeeld langs de waterkant –, vragen naar de op grond
van de Visserijwet 1963 vereiste bescheiden. De rechtbank Amsterdam heeft deze conclusie
onderstreept (LJN: BA9602, Rechtbank Amsterdam, 13/994289-06). Ik ben derhalve van
mening dat opsporingsambtenaren, waaronder BOA’s en politieagenten, voldoende
bevoegdheden hebben om controle uit te voeren op naleving van de Visserijwet 1963. Een
aanwijzing van deze ambtenaren als toezichthouder is hiervoor derhalve niet nodig.
2 en 4
Klopt het dat de verwarring over bevoegdheden een negatief effect heeft op de mate van
controle op o.a. visstroperij?
Hoe gaat u duidelijkheid brengen richting de betreffende politieagenten en groene BOA´s?
Antwoord
Ik zal contact zoeken met organisaties waaronder de betreffende opsporingsambtenaren
ressorteren, met het verzoek het bovenstaande in de organisatie kenbaar te maken. Ik zal de
inhoud tevens onder de aandacht brengen bij Sportvisserij Nederland en de Combinatie van
beroepsvissers. In het voorgaande is uiteengezet welke bevoegdheden politie en BOA’s ter
beschikking staan bij controle op naleving van de Visserijwet 1963. Ik acht deze
bevoegdheden voldoende.
6
Wat is de inzet op controle op visstroperij qua menskracht per soort opsporingsambtenaar?
Antwoord
Op grond van artikel 21 van de Visserijwet 1963 is voor anderen dan een visrechthebbende
toestemming van de visrechthebbende vereiste om op een water te mogen vissen. De
verantwoordelijkheid voor controle op de naleving hiervan is in belangrijke mate neergelegd bij
de rechthebbenden op het visrecht. Als het gaat om handhaving op illegale sportvisserij dan
wordt dit voornamelijk uitgevoerd door ca. 100 BOA’s die door de hengelsportverenigingen
worden ingezet en door verenigingscontroleurs. Zij vormen ook belangrijke ogen en oren in
het veld om gevallen van grove stroperij door te geven, waarbij illegaal met grote
hoeveelheden beroepsvistuigen wordt gestroopt.
Voor de strafrechtelijke handhaving op grootschalige visstroperij met beroepsvistuigen wordt
in een regionale aanpak samengewerkt door controleurs van de nVWA, tevens met BOA’s die
door de sportvisverenigingen worden ingezet, maar ook met de regiopolitie en het KLPD. Hier
is bij de behandeling van het wetsvoorstel Wijziging van de Visserijwet 1963 in verband met
de bestrijding van visstroperij en het vervallen van de akte, alsmede enkele andere wijzigingen
van deze en enige andere wetten (Kamerstukken II, 32574) ook met de Tweede Kamer over
gesproken.
De inzet vanuit de nVWA is hierbij gedurende de afgelopen jaren ongewijzigd gebleven en
betreft ca. 4,5 fte per jaar. Door politie-ambtenaren worden jaarlijks tussen 500 en 600
processen-verbaal uitgeschreven voor overtredingen van de Visserijwet 1963.
(w.g.) dr. Henk Bleker
Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie
Bedankt voor uw aandacht en geduld!
![:D](./images/smilies/icon_biggrin.gif)